Jeugdbeleidsplan - 6. Wedstrijden
6.1 Voor de wedstrijd
- Een Sarto-team mag alleen aan de competitie deelnemen als er minimaal twee leiders zijn (bij selectieteams: een trainer-coach en minstens een leider, waarbij de leider een ouder is van één van de spelers). Eén van de leiders dient een volwassene te zijn. Zonder twee leiders mag een team niet aan wedstrijden deelnemen.
- Wil een team bij ziekte, blessure of andere afwezigheid van een speler een speler van een ander team tijdelijk ‘inhuren’, dan gelden de volgende regels:
- Het inhuren van een speler gebeurt op het moment dat het aantal beschikbare spelers van het team lager is dan het aantal spelers dat in het veld dient te staan plus één. Dus bijvoorbeeld in de JO19-categorie (11 spelers op het veld), bij 12 of minder.
- Inhuren gebeurt vóór de vrijdag voor de wedstrijd. Bij onvoorziene omstandigheden kan op vrijdag, na overleg met het HJO (selectie) of de betreffende leeftijdscoördinator (niet-selectie) toestemming voor inhuur worden gevraagd.
- Trainer-coaches/leiders die een speler van een ander team willen inhuren, moeten zelf contact zoeken met de trainer-coaches/leiders van dat andere team.
- De trainer-coaches/leiders van het team waar een speler van wordt ingehuurd bepalen welke speler beschikbaar wordt gesteld (maar wel in overleg met de inhurende trainer-coach/leider).
- Teams die beschikken over maximaal het aantal spelers dat in het veld dient te staan plus twee (b.v. O19: 13 spelers), hoeven geen spelers uit te lenen. Heeft een team meer spelers dan het aantal dat hiervoor wordt bedoeld en wordt op dat team een beroep gedaan om een speler uit te lenen, dan is dat team in principe verplicht een speler te leveren (clubbelang gaat boven team/individueel belang).
- Niet-selectieteams mogen geen spelers van selectieteams inhuren en moeten spelers zoveel mogelijk inhuren van ‘nabij gelegen’ niet-selectieteams (JO13-6 huurt bijvoorbeeld bij voorkeur in van JO13-5 of JO13-7).
- Selectieteams die een speler willen inhuren, moeten dat doen bij een ander selectieteam. Alleen als dat niet mogelijk is (zie 5), mogen selectieteams een beroep doen op niet-selectieteams.
- Een ingehuurde speler krijgt altijd speeltijd binnen de wedstrijd waarvoor hij/zij wordt gevraagd; de trainer van het inhurende team bepaalt hoeveel speeltijd.
- Tot de winterstop kan inhuren van spelers alleen plaatsvinden binnen de eigen leeftijdscategorie. In principe kunnen pas na de winterstop spelers worden ingehuurd vanuit een lagere leeftijdscategorie. Bij uitzonderlijke omstandigheden kan – na toestemming van het HJO (selectie) of de betreffende leeftijdscoördinator (niet-selectie) – hiervan worden afgeweken.
- Bij eventuele onduidelijkheden over deze regels of bij het niet uitvoeren van deze regels: neem contact op met het HJO (selectieteams) of de betreffende leeftijdscoördinator (niet-selectieteams). Na overleg met betrokkenen zal die dan een beslissing nemen over het inhuren van een speler.
- Deze regels gelden alleen als een team een VELDSPELER wil inhuren van een ander team. Als een team een keeper wil inhuren van een ander team en dat na onderling overleg tussen teams niet tot het gewenste resultaat leidt, dan dient het team dat een keeper wil inhuren contact op te nemen met het HJO (selectieteams) of de betreffende leeftijdscoördinator (niet-selectieteams). In overleg met de betreffende TC of leeftijdscoördinator zal dan naar een passende oplossing gezocht worden.
- Leiders moeten minimaal 7 dagen vooraf een verzoek indienen willen ze een wedstrijd annuleren / verplaatsen. Spelers dienen zich dus tijdig bij hun trainer-coach/leider af te melden als ze niet kunnen deelnemen aan een wedstrijd.
- Bij thuiswedstrijden dienen spelers uiterlijk een half uur voor aanvang van de wedstrijd in de kleedkamer aanwezig te zijn, tenzij anders afgesproken is met de teamleiders. Bij uitwedstrijden vertrekken teams een uur voor aanvang van de wedstrijd vanaf de parkeerplaats van Sarto (of een andere afgesproken locatie), tenzij anders afgesproken is met de teamleiders. In het kader van de teambuilding is de bedoeling dat alle spelers van een team bij een uitwedstrijd gezamenlijk vanaf Sarto vertrekken.
- Spelers/ouders zijn zelf verantwoordelijk voor vervoer naar een uitwedstrijd.
- Elk Sarto-team kan op zaterdagochtend een aantal ballen van Sarto in bruikleen krijgen voor het inspelen. Voor het lenen van deze ballen door Sarto-teams gelden de volgende regels:
- een team dat uitkomt in een wedstrijdcompetitie van een half speelveld of kleiner (tot en met 8 spelers) kunnen zaterdags maximaal 3 intrapballen meenemen;
- een team dat uitkomt in een wedstrijdcompetitie van meer dan een half speelveld (vanaf 11 spelers) kunnen zaterdags maximaal 5 intrapballen meenemen;
- het aantal meegenomen ballen wordt genoteerd op het formulier dat aan de deur hangt van de ballenhok (je geeft het aantal ballen op, je naam, het team; bij terugkomst teken je dat weer af);
- de ballen worden zo snel mogelijk na de wedstrijden (op wedstrijddag) weer ingeleverd; ballen kunnen niet meegenomen worden naar huis;
- voor de selectieteams geldt dat ze hun eigen trainingsballen meenemen als intrapballen; zij hebben hiervoor een verklaring getekend;
- als er minder ballen geretourneerd worden dan uitgeleend, krijgt de trainer-coach/leider de kosten daarvan in rekening gebracht;
- de beheerders hebben de taak om mensen aan te spreken als iemand zich niet aan de regels houdt; bij meerdere waarschuwingen zal de jeugdcommissie passende maatregelen nemen.
- Als er geen competitiewedstrijd voor een team is ingepland en het een oefenwedstrijd wil spelen, moet een aanvraag daarvoor ingediend worden bij de betreffende wedstrijdsecretaris.
- Voor eventuele oefenwedstrijden in de herfst- en voorjaarsvakantie geldt de volgende procedure:
- Ruim voor de vakantie verzoekt de betreffende wedstrijdsecretaris de leeftijdscoördinatoren bij de teams van hun leeftijdscategorie te inventariseren of die tijdens de vakantie oefenwedstrijd(en) willen en kunnen spelen. De betreffende wedstrijdsecretaris geeft daarbij de deadline aan waarop de leeftijdscoördinatoren de inventarisatie bij de wedstrijdsecretaris in dienen te leveren.
- De leeftijdscoördinatoren inventariseren de behoeften van de teams en koppelen die vóór de aangegeven deadline aan de betreffende wedstrijdsecretaris terug. Teams die pas na die deadline aangeven een oefenwedstrijd te willen spelen, mogen geen oefenwedstrijd spelen.
- Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling dat teams zelf de betreffende wedstrijdsecretaris benaderen voor het inplannen van een oefenwedstrijd. Teams die dat wel doen, zullen door de wedstrijdsecretaris verwezen worden naar de leeftijdscoördinator van hun leeftijdscategorie.
- De betreffende wedstrijdsecretaris probeert vervolgens oefenwedstrijden in te plannen en koppelt het resultaat daarvan terug aan de leeftijdscoördinatoren, die op hun beurt de teams inlichten.
- Voor teams voor wie een oefenwedstrijd is ingepland volgens deze procedure en die niet komen opdagen voor de oefenwedstrijd of zich alsnog afmelden vanwege spelerstekort, zal in de rest van het seizoen geen oefenwedstrijd meer geregeld/ingepland worden.
6.2 Afgelastingen
- Afgelastingen van door de KNVB georganiseerde wedstrijden worden zichtbaar op de website van Sarto en via de verschillende apps van de bond (voetbal.nl en wedstrijdzaken).
- Leiders zijn zelf verantwoordelijk om (bij twijfel) de website van Sarto en/of de apps te raadplegen. Ze worden niet telefonisch benaderd.
- Let op: bij afgelastingen van oefenwedstrijden zit er niet altijd een koppeling tussen de uit- en thuisvereniging. Hierdoor kan het langer duren voordat een afgelasting zichtbaar wordt. Advies: controleer ook de website van de uitvereniging!
- Het is niet de bedoeling dat spelers, ouders of leiders – als ze afgelasting vermoeden – naar Sarto bellen. De telefoonlijnen zijn bij afgelastingen dringend nodig voor het informeren van leiders en gastverenigingen.
- Bij een gedeeltelijke afgelasting worden, als de weersomstandigheden het toelaten (geen vorst of sneeuw), wedstrijden op het kunstgrasveld volgens een ‘schaduwprogramma’ georganiseerd. Bij de samenstelling van het schaduwprogramma wordt ervoor gezorgd dat alle teams over het hele seizoen gerekend even veel aan bod komen. Hierbij dient te worden opgemerkt dat de KNVB clubs verplicht om wedstrijden uit de A-categorie voorrang te geven op wedstrijden uit de B-categorie.
- Bij een gedeeltelijke afgelasting proberen we rekening te houden met het aantal gespeelde wedstrijden per fase. Over het algemeen kunnen bijna alle wedstrijden van het 4 fasen voetbal (dat is O12 en lager) altijd doorgaan, dit past allemaal op kunstgras. Voor het 3 fasen voetbal (O13 en hoger) zitten er meer inhaalmogelijkheden in de speeldagenkalender en lukt het vooral in de 3e fase om alles te spelen, in fase 1 en 2 is het af en toe lastig om de competitie helemaal uit te spelen.
6.3 Tijdens de wedstrijd
- Algemeen:
- Bij jeugdwedstrijden worden het door de KNVB voorgeschreven aantal spelers opgesteld voor de betreffende leeftijdscategorie.
- Wedstrijdbegeleiding (spelleider/scheidsrechter):
- Bij de niet-selectieteams vanaf O7 t/m O12 dienen teams in principe zelf te zorgen voor een spelbegeleider bij een thuiswedstrijd. Dat kan een teamleider, maar ook een ouder zijn. Teamleider of ouder moet dan wel goed op de hoogte zijn van de voetbalspelregels. Leiders en ouders die als scheids- of grensrechter optreden, dienen zich volgens de regels van de KNVB te gedragen, dienen onpartijdig op te treden en zich tijdens de wedstrijd te onthouden van coaching van spelers. Bij de niet-selectieteams van O12 en jonger is dus geen sprake van ‘recht’ op een clubscheidsrechter, maar Sarto streeft er wel naar dat ook bij de wedstrijden van die teams een clubscheidsrechter(-in opleiding) aanwezig is en de wedstrijd leidt.
- Alle teams vanaf de O13 en ouder dienen zelf te zorgen voor een assistent-scheidsrechter bij thuis- en uitwedstrijden. Dat kan een teamleider, maar ook een ouder zijn. Teamleider of de ouder moet dan wel goed op de hoogte zijn van de voetbalspelregels.
- Sarto streeft er naar dat junioren thuiswedstrijden fluiten bij de pupillen en junioren. Van een verplichting is geen sprake. Wel worden genoemde junioren gestimuleerd thuiswedstrijden te fluiten. Sarto begeleidt en ondersteunt deze ‘clubscheidsrechters’ en organiseert (in samenwerking met de KNVB) opleidingsactiviteiten voor scheidsrechters-in-opleiding.
- Bij de selectieteams draagt Sarto (tenzij door de KNVB een scheidsrechter is aangewezen) zorg voor een scheidsrechter. In het kader daarvan bestaat de afspraak dat de seniorenselectie elke zaterdag een aantal scheidsrechters levert.
- Kaarten:
- Bij Sarto kan de scheidsrechter direct na afloop van de wedstrijd een groene kaart uitdelen. Die groene kaart kan worden gegeven aan een speler, trainer-coach, leider, grensrechter of toeschouwer die volgens de scheidsrechter gedurende de wedstrijd heeft uitgeblonken in sportiviteit. Een uitgereikte groene kaart mag mee naar huis genomen worden maar kan ook bij het wedstrijdsecretariaat worden ingeleverd. In het laatste geval krijgt degene die de groene kaart gekregen heeft van het wedstrijdsecretariaat een consumptiemunt waarvoor in de Sarto-kantine een consumptie verkregen kan worden.
- Voor spelers die een gele of rode kaart krijgen en daarvoor door de KNVB worden beboet geldt dat wanneer op de eerstvolgende wedstrijddag de boete nog niet betaald is, er niet deelgenomen kan worden aan de wedstrijd. Boetes worden in principe rechtstreeks door de penningmeester bij de betreffende speler geïncasseerd, wanneer dit niet lukt zal de penningmeester in overleg met de ledenadministratie de speelgerechtigheid van de betreffende speler tijdelijk blokkeren.
- Bij een directe rode kaart is de betrokken speler de eerstvolgende wedstrijd altijd uitgesloten van deelname. Vervolgens moet hij de sanctie van de KNVB afwachten. Onafhankelijk van de sanctie moet de speler de boete hebben betaald voor hij weer mag deelnemen aan wedstrijden.
- Spelers die tijdens een wedstrijd een directe rode kaart krijgen, krijgen van de KNVB een schikkingsvoorstel (= een boete en/of schorsing voor één of meerdere wedstrijden). Een speler heeft het recht om tegen zo’n schikkingsvoorstel in verweer te gaan bij de KNVB. Krijgt een speler een schikkingsvoorstel, dan neemt Sarto contact op met de speler om hem/haar te informeren dat een schikkingsvoorstel veelal lager uitvalt dan de straf die bij volledige behandeling (= behandeling van het incident als speler in verweer gaat tegen het schikkingsvoorstel) wordt opgelegd en dat de speler door niet akkoord te gaan met het schikkingsvoorstel het risico loopt dat uiteindelijk door de tuchtcommissie van de KNVB een hogere straf wordt opgelegd. Afhankelijk van ‘het verhaal’ van de speler zal Sarto de speler adviseren wel of niet akkoord te gaan met het schikkingsvoorstel. Daar Sarto terughoudend staat tegenover het in verweer gaan tegen door de KNVB opgelegde straffen, zal het advies bij een schikkingsvoorstel van een schorsing van 3 of minder wedstrijden in principe ‘akkoord gaan met voorstel’ luiden, tenzij de speler echt gegronde redenen heeft te denken dat de schorsing zal worden geseponeerd of verminderd. In alle gevallen zijn de administratieve kosten voor het in verweer gaan tegen het schikkingsvoorstel van de KNVB voor rekening van de speler en zullen door Sarto bij de speler in rekening worden gebracht. Voor het in beroep gaan tegen uitspraken van de tuchtcommissie (na niet accepteren schikkingsvoorstel, dan wel in geval de KNVB de speler na een directe rode kaart geen schikkingsvoorstel doet) geldt dezelfde procedure. Ook in dat geval zijn de kosten van het beroep in principe voor rekening van de betrokken speler.
6.4 Na de wedstrijd
- Na de wedstrijd worden alle spelers geacht naar de kleedkamer te gaan voor een nabespreking. Het is niet de bedoeling dat spelers direct na de wedstrijd weggaan zonder eerst een nabespreking bij te hebben gewoond. Voetbal is een teamsport en deze ‘derde helft’ hoort nog bij de wedstrijd! Regelmatig niet bijwonen van de nabespreking na wedstrijden kan leiden tot minder speeltijd!
- Sarto is voorstander van (uit hygiënisch oogpunt) dat er na de wedstrijd wordt gedoucht, waarbij het dragen van badslippers wordt aangeraden.
- De kleedkamer (uit én thuis) dient netjes te worden achtergelaten door teams. De leider is daar verantwoordelijk voor en kan spelers aanwijzen om deze taak uit te voeren. Spelers zijn verplicht om bij toerbeurt deze taak uit te voeren.
Inhoudsopgave
1. Inleiding
2. Uitgangspunten jeugdbeleid
3. Normen en waarden
4. Selectiebeleid
5. Trainingen
6. Wedstrijden
7. Naast het voetbal
8. Communicatie
Bijlagen
1. Taken en verantwoordelijkheden
2. Tuchtreglement
3. Legenda
4. Aanbieden van proeftrainingen
5. RACI-matrix